Hüsker Dü Database
Magazine articles & interviews

OOR #17, 24 Aug 1985

This Amsterdam publication covered all aspects of the Dutch music scene. The Hüsker piece in this issue appeared on the eve of the band's first European tour, which included three dates in the Netherlands. [Yeah, I know, this page is huge; it was the only way I could format it and keep the smallest fonts readable.]


OOR 17 · 24 AUGUSTUS · 1985

Gitarist Bob Mould scheurt een
overdonderende orkaan van fuzz-to-
nen uit zijn tot op z'n enkels han-
gende Flying Vgitaar.
Bassist Greg Norton pompt rustig
z'n partijtje, om dan even onverwacht
als ongecontroleerd metershoog uit
de hand te springen.
Grant Hart ramt op z'n drums alsof
'ie ze een meter de grond in wil slaan.
door TJERK LAMMERS
Het publiek
in de sportzaal van Los Angeles'
UCLA universiteit* leunt vol overgave tegen de geluidsmuur die door HÜSKER DÜ, het hardste trio ter wereld, opgetrokken wordt. Dan spat de magie uiteen in een explosie van glas en bloed: vanuit het publiek suist een bierfles over het podium om tegen de gebalde vuist van de hijgende Hart en scherven te slaan. Bloeden ontketent hij een barrage aan voeken en verwensingen, tervijl hij dermate ziedend te keer gaat op z'n kit dat de vweschillende onderdelen één voor één van het drumpodium storten. Dan schopt hij z'n snare- en bas-drum voor zich uit het podium op en dreigt de zaal in te springen om alle 2500 aanwezigen persoonlijk in elkaar te slaan.
Einde concert. Wat een hoogtepunt had moeten worden verandert in een dieptepunt.

Een stief uurtje later toont Grant met zijn verwondingen. De knokkels von z'n linkerhand zijn van vel ontdaan en het bloedstolsel zit tot aan z'n elleboog. Vreemd genoeg is ook z'n rechterhand flink beschadigd. Hij heeft geen idee hoe dat komt. Maar er giert nog te veel adrenaline door z'n lichaam om rustig een interview de kunnen doen. De bedaarde Bob Mould neemt daarom tegenover mij plaats om het hoe en waarom van Amerika's belangrijkste nieuwe band uit de doeken de doen.

 22
V.l.n.r. Greg Norton, Grant Hart & Bob Mould:
'Alles ligt op acht uur rijden van Minneapolis'

NERING

'We komen uit
Minneapolis, net als Prince. Maar
denk niet dat hij de enige is die daar
muziek maakt. Het is een heel goeie stad voor muziek en kunst. Iedereen steunt elkaar, er zijn erg veel goeie clubs waar je kunt spelen, het is voor een popmuzikant gevoon een fijne stad om te wonen. Misschien komt het omdat Minneapolis erg geïsoleerd ligt. Chicago ligt op acht uur rijden, Kansas City ligt op acht uur... alles ligt eigenlijk op acht uur gans.
      'Een paar jaar geleden hebben we een eigen platenlabeltje opgezet, vooral ook om andere bands uit onze stad te helpen. Reflex is opgericht om beginnende bands een voet tussen de deur te geven, snap je? Zelf zitten we al lang op een ander label, en dat raden we de groepen op Reflex ook aan: Zodra je een beetje succes krijgt moet je op zoek naar een platenmaatschappij, rot maar op! Het is niet een echt serieuze nering, we doen het hoofdzakelijk voor onze lol.
      'We zitten nu op het SST-label, in feite ook maar een klein onafhandelijk maatschappijtje. Soms droom ik er wel eens van dat onze platen overal ter wereld te koop zijn. Eigenlijk is dat nu al zo. Sinds SST een kantoor in Londen geopen heeft, liggen onze platen zelfs in Europa overal in de bakken. Vanavond stond er iemand van A&M Records n de zaal. Het is niet de eerste grote maatschappij die interesse in ons getoond heeft. Ik geloof dat we nu al door een stuk of zeven benaderd zijn. Maar het is een enorm gehannes om het eens te worden met die grote jongens. Ze proberen je altijd hun ideeën op te leggen, terwijl wij toch heus


lees verder op pagina 26

* 02 Mar 1985

vervolg van pagina 23
zelf wel weten wat wij willen! Als zij ons, onder hun vlag, niet onze eigen gang willen latten gaan, moeten ze maar naar een andere band zoeken. Idealiter zou het gewoon een zakelijke relatie moeten zijn: WIJ zijn de artiesten, ZIJ zijn de onderneming. Wij vertellen ze hoe we ons materiaal aan de man gebracht willen zien, en zij moeten gewoon plaatjes verkopen, zonder ons te vermoeien met geleuter over hoe we onze songs moeten schrijven en opnemen.
      'Grote maatschappijen weten ook niet hoe ze met ons moeten dealen. Wij hebben geen manager, maar zij houden er niet van om rechtstreeks met bands te praten. Muzikanten zijn warhoofden. Wij boeken onzelf al zes jaar, we hebben al achttien tournees gedaan en zouden niets van de platenbusiness begrijpen? Kom nou! Ze snappen er echt niets van, die grote jongens!'
MET GEEN STOK
'Het overgrote deel van onze fans studeert aan universiteiten en colleges. College radio is het alternatieve radiocircuit van Amerika, en wij zijn de band die daar het meetse airplay op krijgen. De commerciële radiostations willen ons met nog geen stok aanraken. Als je niet bij een grote maatschappij zit, en als je niet honderden mannetjes over het gehele land aan het rondhollen hebt — je plaat hier weggeven, daar pluggen, cocaïne weggeven, weet ik veel — hoef je niet op airplay te rekenen. Maar zo werken wij niet. Ik wil niet zeggen dat dat er in de toekomst ook nooit van zal komen... misschien wel. Maar nu maken we gewoon platen voor publieke consumptie. En we proberen het niemand met geweld in de strot te douwen.
      'Van onze vorige elpee Zen Arcade hebben we ongeveer 25.000 stuks verkocht. Niet slecht als je beseft dat het een dubbel-elpee is, die hier toch al gauw dertien dollar moet kosten. Onze nieuwe elpee New Day Rising zit ook op eenzelfde verkoop, maar die is pas uit, dus dat wordt nog wel meer. Voor onze volgende hadden we weer een dubbelaar in gedachten, maar Joe Carducci van SST wilde daar niet aan. We gaan proberenom dit jaar nog twee enkele elpees uit te brengen, beide volkomen verschillend.
      'Vergeleken met andere bands brengen we erg veel platen uit. Maar wij werken op onze intuïtie. We vinden dat onze songs, als ze goed zijn, zo snel mogelijk op het publiek losgelaten moeten worden. Waarom zouden we het laten liggen schimmelen? We houden eer nu eenmaal van om songs te schrijven, we schrijven er heel veel, en we vinden het prachtig om ze dan ook aan ons publiek te laten horen.'
V.G.G.
'Onze plaatopnames nemen niet overdreven
veel tijd in beslag. Zo vergde onze laatste elpee ongeveer 85 studio-uren. Vroeger doken we altijd met SST's huisproducer Spot de studio in, als we tijdens een tournee toevallig in Los Angeles verzeild geraakten. Maar voor New Day Rising hebben we gezegd: We willen in Minneapolis opnemen, dan kunnen we aan het einde van elke opnamedag gewoon ons eigen bed in duiken, en verder geen gelul. Op deze manier hadden we de tijd om iets doordachter met het maken van de plaat bezig te zijn, en ik geloof dat dat ook te horen is.
      'Ik ben ervan overtuigd dat New Day Rising een hele stap voorwaarts is. Zen Arcade was tot dan onze grootste stap voorwaarts, maar met de nieuwste hebben we tock ook weer een heel stuk voruitgang geboekt.
      'De songs op New Day Rising zijn een stuk persoonlijker dan die op Zen Arcade. Het is een wat-mij-allemaal-overkomen-is-plaat. Vroeger stopten we veel politiek in onze songs. Naarmate ik ouder word — ik ben nu 24 — ben ik me echter meer en meer gaan realiseren dat mijn eigen leven belangrijk is. Het gaat om hoe IK functioneer binnen de maatschappij, en hoe ik MEZELF tot een beter persoon kan maken. Dat is voor mij tegenwoordig veel belangrijker dan schreeuwen en J]janken over Ronal Reagan.
      'Het heeft gewoon te maken met opgroeien, volwassen worden. Die bom valt nog steeds, maar je kunt je leven niet verdoen met je er almaar druk om maken. Ik vind de rock & roll ook niet het geschikte middel om je protesten te ventileren. Echt protesteren is met een spandoek de straat op gaan, dat is pas waardevol.
      'Denk niet dat ik me nu maar gedwee bij alle rotzooi in deze wereld neerleg. Integendeel. Ik zeg alleen maar dat ik een muzikant ben. Dàt is mijn roeping, en dàt moek ik dus zo goed mogelijk doen.
      'Maar ach, ik ben nog steeds aan het leren. Eigenlijk probeer ik nog steeds uit te vinden wie ik ben. Ik hou van het leven. Sommige dagen zign beter dan anderen. maar het leven, dat is het enige dat je hebt. Dat is het enige dat ze je niet af kunnen pakken, behalve als je het ze cadeau wilt doen.
      'De meeste songs die ik schrijf behandelen pronlemen, ze zijn niet echt vrolijk. Dat wil echter helemaal niet zeggen dat ik dat zelf niet ben. Die songs schrijven is als het ware het zuiveren van mijn ziel. Iedereen is in dit leven op zoek naar iets. Wat zijn je drijfveren, wat maakt je gelukkig? Ik vertel de mensen in mijn songs over mijn zoeken. Ik ben op zoek naar geluk, ik wil een volmaakt evenwichtig persoon worden, volledig aangepast aan dit bestaan. Het is een lange speurtocht, die veel tijd in beslag zal nemen. En helemáál vind ik het waarschijnlijk nooit..'

Back to Hüsker Dü magazine articles page
Back to Hüsker Dü database main page